Quick Guide - CTR3-3
Hier is een korte handleiding over hoe je de Compacttilt CTR3-3 moet behandelen en onderhouden.
Smeeroverzicht
Voor de smering van de Compacttilt wordt aanbevolen om het volgende te gebruiken: Castrol Molub-Alloy 370-2
Lithiumgebaseerd hoogdrukvet met molybdeendisulfide (MoS2) EP-additieven in NLGI 2.
Spec.:
-DIN 51502 KF2K-25
-ISO 6743-9 ISO-LXCCIB2
Vetten die grafiet of koper bevatten, mogen niet worden gebruikt.
Zorg er altijd voor dat de vetnippels vrij zijn van vuil voordat de smering wordt uitgevoerd.
Onderhoud
Tijdens dagelijkse inspectie en onderhoud, controleer:
➢ Smering van smeerpunten volgens het overzicht
➢ Draadverbindingen zijn intact
➢ Ogen en bouten zijn niet gebroken
➢ Geen losse schroefverbindingen
➢ Geen scheuren of breuken
➢ Er wordt gecontroleerd of de gereedschaphouder schoon, goed gemonteerd en goed vastgeklemd is
➢ De Compacttilt Tiltrotator is correct gemonteerd tussen de draagmachine en het gereedschap
➢ Er is geen hydraulisch lek
➢ Er is geen vetlekkage op slangen of in koppelingen
Aansluiting van apparatuur
STEP 1
Voordat de apparatuur wordt aangesloten op de bakbevestiging, moet worden gecontroleerd of de vergrendelingspinnen zijn ingetrokken, wat zichtbaar is door de indicatorpin naar buiten te duwen.
(figuur 5)
STEP 2
De apparatuur die moet worden aangesloten, moet zo worden gepositioneerd dat de vorkogen van de bakbevestiging kunnen vastgrijpen.
De vorkogen van de bakbevestiging worden in verbinding gebracht met de bevestigingsschacht van de apparatuur.
(figuur 6)
STEP 3
Wanneer de vorkogen van de bakbevestiging vastgrijpen, zwaait het gereedschap op zijn plaats zodat het rust tegen de opening van de vorkogen van de bakbevestiging.
De bakvergrendeling wordt geactiveerd en de vergrendelingswig wordt naar buiten geduwd (figuur 7).
De activatie van de bakvergrendeling is zichtbaar wanneer de indicatorpin naar beneden wordt gedrukt.
De machine is nu klaar voor gebruik met het aangesloten gereedschap.
Ontkoppelen van apparatuur
STEP 1
De schop/apparatuur wordt naar beneden gebracht zodat het rust op een ondersteunend oppervlak.
(Figuur 8)
STEP 2
De bakvergrendeling wordt door de operator ontgrendeld totdat de indicatorpin naar buiten wordt geduwd. Dit laat de vergrendelingswig los van de bakschacht.
(Figuur 9)
STEP 3
Met de bakvergrendeling open, wordt de tiltrotator nu van de bak/apparatuur verwijderd.
(Figuur 10)
De apparatuur is nu losgekoppeld van de machine.
Aansluiting met CT-Oil
Bij het gebruik van gereedschappen met CT-Oil, moeten de volgende instructies worden gevolgd om een correcte koppeling te garanderen, evenals om de levensduur van de hydraulische koppelingen en mechanische componenten in verband met het CT-Oil-systeem te waarborgen.
Let op dat er minimaal 180 bar druk op de bakvergrendeling moet staan voor de koppeling om te werken.
Reinig de hydraulische koppelingen op regelmatige intervallen, zowel op de tiltrotator als op de apparatuur. Gebruik eventueel stofdoppen bij langere pauzes tussen gebruik.
Bij continu gebruik kan er veel warmte ontstaan op de hydraulische aansluitingen, vermijd daarom het aanraken van deze aansluitingen direct na gebruik.
STAP 1
Voordat de apparatuur wordt aangesloten op de bakbevestiging, moet worden gecontroleerd of de vergrendelingspinnen zijn ingetrokken en de indicatorpin naar buiten is geduwd. De vorkogen van de bakbevestiging worden in verbinding gebracht met de bevestigingsschacht van de apparatuur (figuur 11).
STAP 2
Wanneer de vorkogen van de bakbevestiging vastgrijpen, zwaait het gereedschap op zijn plaats zodat het rust tegen de open vorkogen van de bakbevestiging (figuur 12).
LET OP: De aangesloten apparatuur moet met het gewicht op het punt rusten dat met pijlen is gemarkeerd voordat de bakvergrendeling wordt geactiveerd. Dit helpt om de duurzaamheid van de CT-Oil-componenten te verlengen.
STAP 3
De bakvergrendeling wordt geactiveerd. Wanneer de indicatorpin naar beneden wordt gedrukt, is de apparatuur aangesloten en klaar voor gebruik (figuur 13).
Ontkoppelen van apparatuur met CT-Oil
STAP 1
Bij het ontkoppelen van apparatuur moet, net als bij het aansluiten, worden gecontroleerd of de apparatuur rust tegen het contactoppervlak van de bakbevestiging. Zodra dit is bevestigd, kan de bakvergrendeling worden uitgeschakeld (figuur 14).
LET OP: De aangesloten apparatuur moet met het gewicht op het punt rusten dat met pijlen is gemarkeerd voordat de bakvergrendeling wordt gedeactiveerd. Dit helpt om de duurzaamheid van de CT-Oil-componenten te verlengen.
STAP 2
Plaats de apparatuur die moet worden ontkoppeld op een ondersteunend oppervlak en manoeuvreer de tiltrotator weg van de grijpschachten van de apparatuur (figuur 15).
LET OP: Let erop dat de bakbevestiging van de tiltrotator de snelkoppelingen van de apparatuur niet raakt wanneer de tiltrotator vrij wordt gemanoeuvreerd.
De machine is nu klaar voor gebruik met het aangesloten gereedschap.
Gebruik van snelwissel met hydraulisch systeem
Controle van installatie
- Controleer of de Compacttilt Rotator goed werkt.
- Controleer of er geen slangen of andere onderdelen blootstaan aan klem-, snij- of rekbeschadiging.
- Controleer op lekkages.
- Controleer of de bouten goed zijn aangedraaid [Zie de instructies van de fabrikant].
- Controleer of er geen contact is tussen de graafarm en de Compacttilt Rotator bij volledige slag.
- Zorg ervoor dat de beugel goed past op de drager [zie machinesignaal].
- Zorg ervoor dat de pin-lock volledig vergrendeld is en de indicatorpin correct is gemonteerd.
LET OP: Assemblage en installatie mogen alleen worden uitgevoerd door werkplaatsen die door de fabrikant zijn goedgekeurd. Maak geen wijzigingen aan de assemblage zonder toestemming van de fabrikant. Werkplaatsen die door de fabrikant zijn goedgekeurd, zijn dealers met hun eigen werkplaats, tenzij anders vermeld bij de levering van de Compacttilt Rotator.
Download materiaal voor CTR3-3